Ik begrijp ook niet waarom dit soort dingen mij altijd overkomen, maar maandag moest ik plots weer een professionele fotograaf binnensmokkelen op mijn day job omdat de krant dringend een foto van mij nodig had. Ik leidde de man mee naar de vergaderzaal, waar hij even rondkeek en daarna zijn lens in mijn gezicht duwde terwijl hij mij liet pivoteren op een stoel. Ondertussen moet ik iets gezegd hebben in de zin van: “doe maar eentje waarop het lijkt alsof ik elk moment in huilen kan uitbarsten van verveling”, want dat is precies wat het resultaat geworden is.
Het zit zo: na twee jaar had Thomas Boekendokter Donderhart Blondeau genoeg van zijn column in Jobat, en iemand op de redactie vond het een goed idee dat ik die dan maar van hem zou overnemen. Na de eerste paniekaanval – want hoe volg je in godsnaam iemand op naar wie je zelf opkijkt? – heb ik beloofd daar het beste van te zullen maken. Vanaf vandaag elke twee weken op het internet of in die weekendbijlage die u vroeger meteen bij het oud papier gooide. Niet meer doen vanaf nu, he? (Alsjeblief?)