The beat that my heart skipped when we first met

“Do you like U.K. hip-hop?”, vroeg Scroobius Pip. De uitgedunde menigte joelde bevestigend. “Well, you shouldn’t”, beet Pip terug, “because it’s crap.” Daarmee vatte hij zijn muziek beter samen dan ik dat zou kunnen: Scroobius Pip houdt niet van platgetreden paden, hij is een spoken word artist die jammer genoeg zoveel gevoel heeft voor rijm en ritme dat hij wel hip-hop moét maken. Gelukkig heeft hij aan Dan Le Sac een hofleverancier met precies dezelfde instelling. “Dan is not a jukebox”, staat er op zijn t-shirt. Dan Le Sac maakt beats, Jim, maar niet zoals we die kennen.

“Yeah, most of these kids could get their guns out and kill me, but how many have the skill to inspire and thrill me?”

Le Sac vs. Pip kreeg een vreemde plaats op de affiche van deze Rock Herk en zat gesandwicht tussen twee dj-combo’s, het ene nog ondraaglijker dan het andere. Ik keek met afgrijzen toe hoe twee nontalenten Lift U Up in de mix gooiden terwijl een derde met zijn mond een sirene nabootste. Een sirene. Met zijn mond. Een kwartier lang. Op dat moment begon het mij te dagen dat ik hier niet het highbrow publiek zou aantreffen waarop ik mij had voorbereid – het slag mensen dat je op zondagavond in het STUKcafé ziet zitten, met hun hoedjes, hun hoornen brillen en hun meningen over alles. In plaats daarvan werd de voorste rij ingenomen door mijzelf, Geert Simonis en veertien dronken Johns die van “wanker” schudden met hun halfgesloten vuist. Een tweede rij was er niet. Parels voor de zwijnen, dit optreden. Betekent dat dat wij ons niet hebben geamuseerd? Natuurlijk niet. Wie goed oplette kon mij tijdens Back from hell zelfs zien dansen, voor de tweede keer dit jaar.

“When I get back from hell again I‘m gonna be so elegant. The relevance of my benevolence is evident.”

Natuurlijk werd dit geen goed optreden, dat gaf Le Sac met evenveel woorden toe: “we’re rubbish today”. Lag dat aan het duo zelf, aan het baggere geluid of aan de domme beslissing van de organisatie om Le Sac vs. Pip te begraven onder hersenloze dansmuziek? Hoe dan ook, ik had het voor geen geld ter wereld willen missen. Omdat Scroobius Pip een enorm grappige performer is, die zijn act kleur geeft met een koffer vol rekwisieten (de tabel van Mendeljev tijdens Development). Omdat zijn teksten levens kunnen redden (Magician’s Assistant) en de populaire cultuur vandaag grondiger bekritiseren dan de gemiddelde masterproef communicatiewetenschappen (Thou shalt always kill). Omdat het al heel lang geleden is dat ik nog zo enthousiast kon zijn over een songschrijver. Omdat ik met Geertje in de auto mocht en hij deze keer zelfs zijn rommel heeft opgeruimd.

“Thou shalt not fall in love so easily. Thou shalt not use poetry, art or music to get into girls’ pants: use it to get into their heads.”