Categorie: boek

For all the wrong reasons

Victoria – For all the wrong reasons. Zonder recensie, maar wedden dat we deze voorstelling nog terugzien in mijn volgende eindejaarslijstje?

Sinds vandaag heb ik Fucker van Eels eindelijk op cd. Na zeven jaar ben ik erin geslaagd om zelfs een mp3 van Mark Everetts beste nummer grijs te draaien. Al is dat ‘beste nummer’ nogal relatief: op de drie schijfjes vol Useless Trinkets lijkt Fucker nog het meest op een zookoekje in een zwembad vol pudding. Voor alle duidelijkheid, ik hou nogal van zookoekjes. En van pudding.

Op mijn achttiende had ik een vriendinnetje dat enorm veel van Eels hield. Niet toevallig heb ik de band dat jaar (het jaar van Souljacker) vier keer aan het werk gezien. We zijn niet meer samen nu. Vorige maand heb ik gehoord dat ze gaat trouwen, want dat doen mensen van mijn leeftijd tegenwoordig. Dat vind ik helemaal niet erg, maar toch denk ik nog even aan haar iedere keer ik een nummer van Eels hoor. Dat geeft niet, Eels heeft korte liedjes. Als ze van Motorpsycho had gehouden, zou ik veel vaker aan haar denken.

Verder nog gekocht: The people look like flowers at last en Inland Empire. Toen ik Lynch z’n laatste voor het eerst zag, ben ik licht teleurgesteld de zaal uitgestapt, maar ik ben er zeker van dat ik hem meer zal appreciëren wanneer ik de kans krijg om hem helemaal te ontleden. Dat zal alvast niet dit weekend gebeuren: ik moet naar een trouwfeest. Want dat doen mensen van mijn leeftijd tegenwoordig.

In the midst of life we are in death, etc.

Wat ik het liefst doe op een onbeschreven zondag als deze, is in de auto  stappen en een paar uur rondrijden met The Smiths loeihard in de cd-speler. Jammer genoeg  hebben de  ecofascisten  weet gekregen van mijn hobby en raak ik zonder verdomd goede reden niet meer voorbij de stakingspost van ijsbeervrienden  aan mijn garagepoort.  Ik heb hen dan maar beloofd dat ik tussen Louder than bombs en Hatful of hollow door toch  even  zou stoppen  bij de openingsreceptie van de Gonzo Archives live show 2008.

Maar alle charmante, intelligente en broodnodige maatschappijkritiek even terzijde: ik ben al jaren een enorme fan van de Archieven.  De tentoonstelling die  ook u ja u kan  bezoeken  wordt gehouden in de verrassend mooie ruimte boven een  doordeweekse art supplies store in Zonhoven. De gedichten van doctor Gonzo dienen er als afwisseling dan wel aanvulling op  de schilderijen van Noëlla Troonbeeckx, en dat werkt:  je kan moeilijk zeggen  dat een van de twee de andere naar de achtergrond verdringt.

Gonzo heeft zijn beste werk de meest centrale plaats gegeven, en dat is een prestatie op zich. Uit mijn beperkte ervaring weet ik dat je sterkste teksten niet altijd diegene zijn waaraan je ook het meest bent gehecht. Wie heel goed oplet, kan  tussen de tekeningen  trouwens  nog een  paar woorden  van  yours truly  ontdekken. Voor alle duidelijkheid: dat vind ik een eer, geen verdienste.

soren7.jpg

Ik ben nog niet zo lang bezig als opiniemaker, dus verwacht ik ook niet dat iedereen nu  speciaal naar Zonhoven afzakt om  deze tentoonstelling te bezoeken. Maar wie de volgende weken  in de buurt rondhangt, moet er maar eens een uurtje stoppen. De show loopt nog tot 27 januari, iedere dag tussen 9.30 en 17 uur. Vanaf 13.30 uur op zondagen als deze.

Jingle jangle morning

Ik vind het niet leuk om ze te schrijven, jullie vinden het niet leuk om ze te lezen, maar het hoort nu eenmaal bij de  tijd van het jaar en ik ben het me aan mijn blogstand verplicht. Mijn eindejaarslijstje voor 2007:

The pun less intended

Omdat ik nu ook niet élke week verliefd kan worden op een misdaadauteur of columniste, zullen we het vandaag maar eens hebben over de nieuwste schatten die ik heb bovengehaald uit de bodemloze oceaan van het consumentisme, in de duikersklok van mijn vast inkomen. Als vergezochte metaforen ook onder de sperperiode vallen, kan ik me aan een serieuze boete verwachten.

De eerste parel in mijn boodschappenoester is het boek The ode less traveled, waarin Stephen Fry (de man die vaker opduikt op deze weblog dan ikzelf) de anglofiele hobbydichter voorziet van alle theorie over taal en metriek die hij nodig heeft om een heuse Bart Moeyaert te worden. Nee, grapje: ik bedoel een Ramsey Nasr. Een boek, kortom, dat geen hond ooit zou kopen als het door iemand anders was geschreven, maar dat in dit geval moeilijker weg te leggen valt dan een smos américain door onze Vlaamse jeugd.

Wees maar niet bang: dat ik vanaf nu zelfs de telefoon beantwoord in vijfvoetige jamben, betekent nog niet dat ik ook zelf kutgedichten zal beginnen schrijven. Ik heb het al moeilijk genoeg met deze blogposts en het andere hooi op mijn lettertjesvork.

Verder nog gekocht: Datumloze dagen van Jeroen Brouwers (dan komt die arme man de winter tenminste door) en de lang niet onaardige documentaire Jesus Camp, enkele maanden geleden nog  uitstekend besproken door – hee, kijk eens aan – mezelf.

Het was een mooie zomer die we deelden.

Seagull in the sugar bowl

Ik weet nu dat het niet meer mogelijk is dat het vergiftigde brok uit haar keel schiet en dat ze rechtop zal gaan zitten en vragen: “Waar ben ik?” En dat ik nooit de prins zal zijn die zal zeggen: “Bij mij ben je. Ik heb je lief, meer dan alles op de wereld.”

Twee  van de mooiste zinnen uit de Nederlandse literatuur. Na vandaag  zal ook  Jan Wolkers zelf niet meer wakker worden. Laten we allemaal een luid tieten kont kont kont aanheffen,  voor Jan.

Omdat ook ik ook u begeer

Het zal me verdomme toch weer eens tegenzitten.  Net nu ik van plan was om voor deze website en masse brieven te beginnen schrijven naar  mensen  die ik al minstens vijf jaar niet meer heb gezien – met een beetje hulp van het prachtige Facebook -,  gooit Arnon Grunberg een nieuw  boek op de markt.  Omdat ik u begeer  verzamelt alle brievencolumns die de homoseksuele Jood de afgelopen zes jaar  heeft geschreven  voor Humo en Het Parool, zodat ondergetekende op zoek kan naar een nieuw concept.

(meer…)

Drie-zinnen reviews

Cry yourself to sleepBoek: Cry Yourself to Sleep, Jeremy Tinder. Een stripnovelle die toont hoe drie heel uiteenlopende personages proberen om te gaan met de ontgoochelingen die het leven hen voorschotelt. Enorm grappig, veel minder dramatisch dan de vorige zin laat uitschijnen en het boekje past perfect in een binnenzak. Voor de zeven euro vijftig bij Proxis hoef je het alvast niet te laten.

 

QITelevisie: QI, alle seizoenen. Quite Interesting is waarschijnlijk de beste kwis die er ooit op de televisie is verschenen. Spelleider Stephen Fry strooit zesentwintig seizoenen lang  de meest nutteloze informatie in het rond (“de kleur van het universum is beige”), maar ontkracht ook heel wat wijdverbreide misverstanden (“Eskimo’s hebben maar viér woorden voor sneeuw”). Let bij de panelleden vooral op pispaal van dienst Alan Davies.

TestbeeldWebsite: Testbeeld, tv-toren Goes. Ik wentel mezelf zo graag in nostalgie dat ik zelfs aan deze website een  half uur heb vergooid. In vier duidelijke hoofdstukken word je ingewijd in de geschiedenis van het testbeeld op de televisie en kom je eindelijk te weten waar al die kleurtjes eigenlijk voor dienden. Belspelletjes, infomercials en ochtendbeelden uit De Panne hebben het testbeeld al een tijdje van de Vlaamse televisie verdrongen, en dat vind ik oprecht jammer.