Categorie: brieven

Voor het vergeten

Lieve J.,

De eerste keer dat wij elkaar zagen, was tijdens de boekvoorstelling van een schrijver die ik erg hoog heb zitten. Er waren opvallend weinig mensen in de zaal die avond. Bij de voorstelling hoorde een interview met de auteur en het was toen al ondenkbaar dat iemand anders dan jij daarvoor zou worden gevraagd. Ik denk dat ik je enkele dagen later voor het eerst heb geschreven.

(meer…)

Faces and worlds that no one else will ever know

Later zullen we zeggen: ‘het sneeuwde toen jullie geboren werden. Dat hadden we hier nog nooit gezien, zo laat in maart.’

Ik was moe die dag. Niet gewoon moe na een week hard werken, maar moe van het besef dat er geen tijd is voor alles wat ik wil en ziek ook, nog maar eens, en moe van zo vaak terug naar huis met de laatste trein uit Gent.

Voor ik bij jullie kon, moest ik mijn armen wassen met speciale zeep. Ik bediende de kraan met mijn ellebogen, zoals ik dat dokters op de televisie wel eens had zien doen. Veel maakte het niet uit: ik durfde mijn volledig bacterievrije handen toch alleen maar te gebruiken om de deur achter mij weer dicht te schuiven, of om het dekentje goed te leggen waarmee jullie bed verduisterd werd. Jullie zagen er zo klein en kwetsbaar uit dat ik bang was dat ik dwars door jullie heen zou drukken als ik jullie zou aanraken.

Jullie vader voelde zich veel meer op zijn gemak. Hij stak zijn hand door het gat in de zijkant van de glazen bak en streelde jullie met één vinger voorzichtig over de wang. Zoals altijd liep hij rond alsof hij alles onder controle had, maar toen hij tegen jullie praatte, merkte ik iets in zijn stem dat ik nog niet eerder had gehoord.

Ik was moe die dag, van alles en van de chaos die er was geweest, maar toen ik terug naar huis wandelde voelde ik daar niets meer van.

Later zal ik zeggen: ’toen jullie kwamen, begon de dooi.’

All this buttoning and unbuttoning

Niet zo gek lang geleden kwam de bassist van Six Hands op de proppen met een schitterend concept: een secret Santa voor mixtapes. De namen van al zijn vrienden gingen in een hoed en toen ze er weer uitkwamen, wees het toeval mij het meisje Coby toe. Van Coby wist ik op dat moment alleen hoe ze eruit zag en dat ze heel streng kan kijken naar jongens die haar per ongeluk aanstaren. Dat laatste is echter niet zo relevant voor dit verhaal.

Een mixtape samenstellen voor iemand die je niet kent, is minder evident dan het lijkt. Enerzijds moesten de twintig liedjes een zo volledig mogelijk beeld schetsen van wie ik ben, anderzijds moest het artwork mooi genoeg zijn om naar te kijken, voor het geval dat wie ik ben de ontvanger niet zo zou aanstaan. Het resultaat: twee cd’tjes – een om op te dansen en een voor ’s nachts -, een hoesontwerp gebaseerd op  Goodbye, Chunky Rice, een brief geschreven op mijn antieke typmachien en dat alles verpakt in een zwarte luxebox.

Het geheel kreeg de titel All this buttoning and unbuttoning. De tracklist vinden jullie hieronder. Uiteraard heb ik de mixtape zelf nooit naar Coby opgestuurd. Dat zou immers illegaal zijn. Ha ja.

(meer…)

Lieve Stijn Stijnen,

Doorgaans volg ik het voetbalnieuws met hetzelfde enthousiasme als een vijftienjarig meisje een les zedenleer. Ik weet wat alle woorden betekenen, maar ze dringen niet tot mij door. Ik zit met mijn rug naar het bord en speel ongeïnteresseerd met mijn gsm. Zo is de begintune van Sportweekend iedere zondagavond mijn cue om te gaan afwassen – alles liever dan een half uur lang te moeten luisteren naar welke trainer er nu weer is ontslagen omdat hij het bestond twee wedstrijden op rij te verliezen.

(meer…)

Taal met alleen jouw naam

I.

Er bestaat een taal met alleen jouw naam. Die spreek ik wanneer jij niet bij me bent. Dat doe ik niet hardop – al heb ik dat vroeger wel geprobeerd, tot de mensen rondom mij mij niet meer begrepen en dachten dat ik gek geworden was – maar naar binnen, voor mij alleen. Soms schreeuw ik, uit ongeloof en frustratie. Dan brul ik zo oorverdovend hard dat ik voel hoe er onder mijn huid barsten ontstaan door de druk van het geluid. Andere keren fluister ik, om  alvast te oefenen voor later. Want er komt een later waarin wij in het halfdonker naast elkaar zullen liggen. Dan zal ik je naam fluisteren, nog steeds in mijn hoofd, maar jij zal het horen en je zal je losmaken uit mijn armen, die zullen schrikken omdat ze vrezen dat elke omhelzing de laatste kan zijn. Maar jij zal ze geruststellen: je wilt je alleen maar omdraaien om mij te kunnen aankijken. Ik zal je ogen zien en aan hoe de schaduw om je lippen verandert, zal ik herkennen dat je lacht. Dan pas zal ik weer de taal spreken die ook de rest van de wereld kan verstaan. Ik zal zuchten en zeggen: “ik heb op je gewacht.”

(meer…)

I told myself it’s better if we only talk in letters

Vlak voor de winter, ik had toen nog een baard, kwam ik uit verveling terecht op de facebookpagina van Het Brievenhuis. Intrigerend, op zijn minst.

Ik kopieerde een fragment uit het boek dat ik net uit had en stuurde het naar Gent. Ik wachtte drie weken. Ik vergat Het Brievenhuis en zijn valse beloftes, tot er vandaag dan toch een enveloppe in de bus zat.

Een dubieuze interpretatie van het fragment, maar wel mooi. Wie mij schrijft, krijgt ook altijd antwoord. Meestal met iets moois en altijd veel te laat.