Categorie: kater

After the applause had died down

“80% of success is showing up”, zei Woody Allen ooit. Ik denk niet dat er iemand bestaat op wie deze uitspraak meer van toepassing is dan op mij. De laatste tijd kost het me steeds meer moeite om naar een sollicitatie te vertrekken of heel Leuven af te lopen om interim- of werkloosheidsdossiers in orde te brengen. Een latente depressie die nog gevoed wordt door de vele afwijzingen en een gebrek aan slaap en gezelschap door te veel avondwerk.

Ondanks alles ben ik vandaag toch opgestaan voor een gesprek in het Koninklijk Filmarchief. De bibliotheekjob die daar openstaat is niet al te opwindend, maar ik zou er wel de hele dag persteksten kunnen lezen uit honderd jaar filmgeschiedenis. Mijn eigen artikels probeer ik dan wel te verkopen in mijn vrije tijd.

Nog twintig procent te gaan.

(Ik weet dat jullie zitten te wachten op een recensie van Berlin in Vorst Nationaal eergisteren, maar die komt er niet. Wie een idee wil krijgen zet de cd maar eens loeihard op in de auto om twee uur ’s nachts, op een lege autostrade.)

Voetbalvaders

Vorige week schoot me een onderwerp te binnen voor mijn volgende freelance artikel: voetbalvaders. U weet wel, die al vroeg op de ochtend bierdrinkende vrouwenmishandelaars die hun negenjarige zoontjes toeschreeuwen dat ze op straat kunnen slapen als ze nog eens zo’n open doelkans durven te missen, en en passant nog enkele racistische grappen bovenhalen ten koste van de Turkse keeper van de tegenpartij.

Na even zoeken vond ik de perfecte locatie. Zaterdagochtend zou ik vroeg opstaan, mijn kater verbijten en afzakken naar het jeugdtornooi in buurgemeente Holsbeek. Zonder me ook maar een seconde af te vragen of de andere toeschouwers zich wel tolerant zouden opstellen tegenover een onbekende man die met een schrijfblok in de hand naar de blote benen van hun kindjes staat te kijken, zette ik me schrap om de meest grove uitspraken nauwlettend te noteren.

Dat viel nogal tegen. De talrijk opgekomen vaders dronken alleen maar water en sportdrankjes en applaudisseerden fanatiek doch beleefd om zoveel inzet van hun brave, uitsluitend blanke virtuoosjes. Een schot meters naast doel werd beloond met een “goed geprobeerd, jongen!” en instemmend geknik van de omstaanders. Na afloop van de in ieder opzicht zwakke wedstrijd kregen alle spelers een schouderklopje en een sandwich.

Licht teleurgesteld om zoveel fatsoen en redelijkheid liep ik, nog steeds zonder artikel, terug naar de auto.